Brief van Werkgroep Assen-Bovensmilde aan koning Willem-Alexander

12 juni 2023

Z.M. Koning Willem-Alexander
Paleis Noordeinde
Postbus 30412
2500 GK Den Haag

 

Bovensmilde, 12 juni 2023

 

Betreft: Brief aan de Koning

 

Majesteit,

 

Wij waarderen het zeer dat u de gelegenheid heeft gevonden het theaterstuk East Side Story te bezoeken dat zich voor een deel in het voormalig Molukse woonoord Schattenberg afspeelt. Uw belangstelling voor en sterke betrokkenheid bij onze gedeelde geschiedenis binnen het Koninkrijk der Nederlanden is vanzelfsprekend en behoeft geen nadere toelichting.

Het is spijtig, dat u de Molukse wijk Bovensmilde vandaag links laat liggen. Dan doelen we niet op het derde bedrijf van het theaterstuk, dat plaatsvindt en wordt uitgevoerd op een afgeschermd en omheind gedeelte van de wijk, dat de afgelopen drie weken het kloppend hart van de Molukse wijk ontregelt en bezet houdt.

Dan doelen we niet op het slaan van een brug van verbinding tussen de Molukse inwoners en de Nederlandse omgeving, waarin door de Molukse vrijheidsacties van de jaren 70 een diepe kloof tussen de bevolkingsgroepen was geslagen. Dat proces van heling is al enkele decennia geleden begonnen.

Dan doelen we wél op een echte ontmoeting en kennismaking met de ziel van Zuid-Molukkers en wat voor de Molukse gemeenschap in Bovensmilde en Assen en ook voor andere Molukse vestigingsplaatsen essentieel is en voeding geeft aan hun overtuiging, vastberadenheid en vasthoudendheid.
Dat is het terugkrijgen van de vrijheid van het Zuid-Molukse volk op de Molukken, dat moet kunnen leven in een wereld van vrede, veiligheid en welvaart en waaraan zij zelf invulling en uitvoering geven aan hun toekomst. Wij hoeven het Recht op Zelfbeschikking niet voor hen uit te vinden. Van dit recht op Zelfbeschikking heeft het volk op de Zuid-Molukken op 25 april 1950 gebruik gemaakt. Het Zuid-Molukse volk werd in zijn recht en in zijn strijd voor vrijheid in de steek gelaten en na een korte, en hevige strijd door de Republik Indonesia geannexeerd en wordt tot de dag van vandaag bezet gehouden.

Op 25 april van dit jaar liepen de ondertekenaars van deze brief mee met de ‘Mars voor de Vrijheid’ in Den Haag. Een Molukse betoging door het centrum van Den Haag waaraan bijna 4000 Molukkers van jong tot oud deelnamen. Een ongekend groot aantal dat laat zien dat de betrokkenheid met de Molukken en de bezorgdheid over de situatie van onze volksgenoten op de Molukken groot is.

In een petitie aan minister-president Rutte heeft het Comité voor de Vrijheid van de Molukken de zorgen kenbaar gemaakt. Helaas was de premier niet in de gelegenheid deze brief persoonlijk in ontvangst te nemen. Ook een vertegenwoordiger van Algemene Zaken was niet beschikbaar, waardoor het Comité de petitie aan een medewerker van de postkamer heeft moeten afgeven.

We willen niet aanvaarden dat deze houding van de Nederlandse regering illustratief is en medelanders die gedreven worden door hun RMS-overtuiging, als melaatsen worden gezien en worden gemeden.

Wij weten dat u begaan bent met de geschiedenis van het Koninkrijk der Nederlanden en de onderdelen die hiervan vroeger deel uitmaakten. Dat u begin van dit jaar de opdracht heeft gegeven onderzoek te laten doen naar de betrokkenheid en rol van het Huis van Oranje vanaf het koloniale verleden tot op heden, is daarvan een zeer prijzenswaardig voorbeeld.

Het theaterstuk dat u vandaag bijwoont is een voorbeeld van een in dramaturgisch en theatraal opzicht vormgegeven vertaling van de wereld zoals een aantal betrokkenen deze hebben ervaren of in retroperspectief willen beschouwen.

De Zuid-Molukkers hebben recht op hun eigen verhaal dat in overeenstemming is met de feiten en de werkelijkheid en dat niet is gebaseerd op willekeurige interpretaties van hun geschiedenis.

Wij hopen dan ook dat de minister-president uw voorbeeld volgt en de opdracht geeft een groot onderzoek te laten verrichten naar de periode van de dekolonisatie van voormalig Nederlands-Indië die verder strekt dan 27 december 1949, de datum van de soevereiniteitsoverdracht aan de Verenigde Staten van Indonesië. Wij gaan ervan uit dat een dergelijk onderzoek waarbij het uitroepen van de onafhankelijkheid van de Republiek der Zuid-Molukken, die daar een direct gevolg van is en in 1951 heeft geleid tot het politieke besluit om de Molukse KNIL-militairen en hun gezinnen in 1951 tijdelijk naar Nederland over te brengen, ook inzicht geeft in de wijze hoe Nederland is omgegaan met de aanspraken van de Zuid-Molukkers op hun eigen staat.
Maar ook hoe Nederland is omgegaan met de Molukse bevolkingsgroep gedurende de periode van het verblijf die volgde.

In afwachting van uw reactie, verblijven wij,

Met de meeste hoogachting

 

Werkgroep RMS Assen / Bovensmilde

Voor deze

Otto Tatipikalawan