Persbericht inzake staatsbezoek koning Willem-Alexander aan Indonesië

9 maart 2020

Persbericht

Amsterdam, 9 maart 2020

 

Republiek der Zuid‐Molukken eist, dat Nederland en Indonesië tijdens het staatsbezoek schuld bekennen voor het onrecht en het leed dat het Zuid‐Molukse volk is aangedaan

Republiek der Zuid‐Molukken overweegt gang naar Europese Hof van Justitie in verband met CEPA verdrag EU en Indonesië

In het kader van het staatsbezoek van koning Willem‐Alexander en koningin Maxima aan Indonesië kondigt de regering in ballingschap van de Republiek der Zuid‐Molukken aan een klacht in te dienen bij het Europese Hof van Justitie. De brief is vandaag verzonden naar de Nederlandse regering via minister Blok van Buitenlandse Zaken. De RMS‐regering zal deze stap zetten als de Raad van Europese Unie het CEPA‐verdrag met de Indonesische republiek sluit voor zover dit handelsakkoord betrekking heeft op het grondgebied van de Zuid Molukken en dit verdrag wordt gesloten zonder voorafgaande instemming van de RMS regering en het Zuid‐Molukse volk. Volgens de RMS‐regering zijn alle handelsovereenkomsten die worden gesloten en betrekking hebben op het grondgebied van de Zuid‐Molukken onrechtmatig. Dit geldt in het bijzonder indien niet vooraf is onderzocht of het Zuid‐Molukse volk ook deelt in de voordelen van het verdrag.

Groot onrecht

Door het doelbewust en stelselmatig onderdrukken van het recht van de Republiek der Zuid‐Molukken op zelfbeschikking, de vrijheid van meningsuiting van haar bevolking en de voortdurende en ernstige schendingen van mensenrechten wordt het Zuid‐Molukse volk een groot onrecht aangedaan.
Een groot gedeelte van het Zuid‐Molukse volk leeft ver onder de armoedegrens en wordt bewust arm gehouden. Grote rijkdommen van de Zuid‐Molukken (o.a. gas, olie, goud, visvangst ) worden op
immense schaal door Indonesië in samenwerking met Indonesische‐ en buitenlandse ondernemingen geroofd.
Ook Nederland doet hier intensief aan mee. Koninklijke Shell is voor 30 procent aandeelhouder bij het winnen van een gasvoorraad die ligt binnen het territorium van de Republiek der Zuid‐Molukken.
Deze gasvoorraad zou de Zuid‐Molukken tot een van de rijkste gebieden ter wereld maken. Niet het volk van de Zuid‐Molukken, maar de Republiek Indonesië zal samen met Shell en het Japanse Inpex Corporation de winsten gaan delen, die met de exploitatie van het zogenaamde Masela gasblok worden behaald.

Aansprakelijkheidsstelling

Op 27 december 2019 maakte de RMS‐regering met de publicatie van een Presidentiële verordening bekend dat Indonesië aansprakelijk wordt gesteld voor de geleden materiële en immateriële schade als gevolg van de onrechtmatige annexatie en de gevolgen van de voortdurende bezetting en economische uitbuiting van het grondgebied van de Zuid‐Molukken. Schade die al zeventig jaar wordt toegebracht aan land, flora en fauna en bevolking. Het Koninkrijk der Nederland zal ook een aansprakelijkheidsstelling ontvangen vanwege haar onmiskenbare volkenrechtelijke‐, politieke‐ en morele medeverantwoordelijkheid inzake de onvoltooide dekolonisatie van Nederlands‐Indië en de daaruit volgende onderdrukking van het Zuid‐Molukse volk.

17 augustus 1950

De door Indonesië gewenste erkenning van 17 augustus 1945 berust op een verdraaiing en ontkenning van de historische feiten. De soevereiniteitsoverdracht van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Verenigde Staten van Indonesië vond plaats op 27 december 1949. De Republiek der Zuid Molukken riep op 25 april 1950 in Ambon haar onafhankelijkheid uit. Deze onafhankelijkheidsproclamatie vond plaats nadat de deelstaten van de Verenigde Staten van Indonesië – tegen alle afspraken in ‐ een voor een in opdracht van president Sukarno werden aangevallen, bezet en ontbonden. Hetzelfde dreigde te gebeuren met de Deelstaat Oost Indonesië, waarvan de Zuid‐Molukken deel uitmaakte. Na een strijd van enkele maanden werden de Zuid‐Molukken door de legers van Sukarno ingenomen en geannexeerd. Na de gewelddadige ontbinding van de Verenigde Staten van Indonesië door de deelstaat Republiek Indonesië van Soekarno, werd pas op 17 augustus 1950 de Eenheidsstaat Republiek Indonesië uitgeroepen.

Een van deze feiten uit deze geschiedenis staat wel vast: dat het Zuid‐Molukse volk dit jaar stilstaat bij het 70ste bezettingsjaar en dat onze strijd om recht en vrijheid onverminderd doorgaat totdat wij
ons doel hebben bereikt.

Excuses

De eeuwenlange kolonisatie, onderdrukking en uitbuiting van het Zuidmolukse volk is in feite nooit opgehouden. De positie van Nederland als oud‐kolonisator is in 1950 overgenomen door de nieuwe
kolonisator Republiek Indonesië vanuit haar verlangen oude Javaanse rijken te herstellen. Nederland heeft Indonesië de afgelopen decennia hierin feitelijk actief ondersteund. Nederland en Indonesië moeten geen excuses van elkaar vragen, maar van het Molukse volk en andere volkeren die sinds de Nederlandse koloniale tijd, en sinds 1950 de Indonesische overheersing, geen recht en vrijheid meer
hebben mogen proeven. In het licht van het voorafgaande meent de regering in ballingschap van de Republiek der Zuid‐Molukken, dat het staatsbezoek een goed moment is te erkennen dat zij schuld hebben aan het groot onrecht, dat het Zuid‐Molukse volk tot op heden is aangedaan.

Dit onrecht dient te worden hersteld.

2020.03.09.persbericht.staatsbezoek.waindonesie.pub[2282] (PDF)